In oktober 2016 was ik niet meer in staat naar mijn werk te gaan vanwege een burn-out. In de aanloop naar de burn-out voelde ik me erg afgescheiden van anderen, ging ik contact uit de weg en was ik erg rigide in hoe de dingen moesten lopen. Alles moest op mijn manier, ik had geen ruimte in mijn hoofd voor flexibiliteit. Ik ben naar de huisarts gegaan met het idee dat ik een aan autisme verwante stoornis zou kunnen hebben. Ik ben doorverwezen naar de psycholoog voor een onderzoekstraject. De burn-out en de start van dat traject liepen gelijk op.
Klachten waardoor ik niet meer aan het werk kon, waren het hebben van geen concentratie,suizende oren, tintelende wangen en gespannen kaken als ik me mentaal ook maar iets inspande. Erg emotioneel, moe en wollig in mijn hoofd. Interactie kostte veel energie. Ik was niet meer in staat werk te verzetten en deel te nemen aan sociale activiteiten.
De burn-out was vier maanden ernstig, daarna ging het zes maanden richting herstel.
De huisarts heeft me doorverwezen naar de psycholoog en ik stond onder observatie bij de Arboarts.
Het keerpunt was voor mij de deelname aan een ‘Talenttraject’ bij een mental coach, tevens Yogadocent en veranderdeskundige. Zij hielpen me naar mijn eigen denkprocessen, gewoontes en overtuigingen te kijken. Zo kon ik bijvoorbeeld ervaren dat bepaalde negatieve gedachten een directe fysieke reactie in mijn lijf veroorzaakte. Zoals spanning op mijn borst, een dichtgeknepen keel of een straktrekkende nek.
Als je zo heel sterk merkt wat een negatieve gedachte direct met je lichaam doet, dan kun je nagaan wat voor dieperliggende fysieke effecten er zijn die je niet direct waarneemt. Naar mijn idee ligt daar de oorsprong van meer chronische klachten, die misschien wel fysiek verklaart en bestreden kunnen worden, maar met die bestrijding is de oorsprong nog niet aangepakt.
Zo begon mijn herstel door het observeren van de samenwerking tussen lichaam en geest. Ik ervoer hoe ik in mijn lichaam spanning opbouwde en welke overtuigingen, die niet op ‘waarheid’ bleken te berusten, daaraan ten grondslag lagen. Een aan autisme verwante stoornis bleek ik niet te hebben. Ik ging beter voelen wat ik nodig had en kreeg ook weer het zelfvertrouwen om daarnaar te handelen.
In de traditionele gezondheidszorg ligt de focus teveel op symptoombestrijding. Neem bij aanvang de tijd om de mens meer in zijn geheel te bekijken, dit zal aan het eind van de rit tijd en kosten besparen omdat de kans groter is dat het probleem dat aan de kern van de klachten ligt wordt aangepakt.
‘Ik heb last van hartkloppingen en hyperventilatie. Misschien zit ik wel in de overgang, al ben ik nog maar 43, zou dat kunnen? Ook loop ik bij een fysiotherapeut en ga ik regelmatig langs bij een masseur, want ik krijg mijn rechterarm nauwelijks nog omhoog en het kleine stukje van mijn auto naar de voordeur strompel ik omdat mijn voeten zo heftig branden en tintelen. Alles wat ik er aan doe helpt maar even. Ik kan niet meer.’
Ik vroeg haar: ‘Wat is het ergste dat jou kan overkomen als je de controle loslaat?’ Ze zei: ‘Tja, dat ik dan misschien wel fouten maak? Ik vroeg haar wat er zo erg was aan fouten maken? Waarop ze zei:
‘Dat mensen dan boos op mij worden.’
Ze had een vreselijke hekel aan conflict. Want als mensen boos op haar zouden worden dan zouden ze haar negeren en als ze haar zouden negeren dan zou ze alleen achterblijven. Dus haar hele systeem keek wel goed uit om die controle los te laten. Ze zou dan immers alleen achterblijven! En ook al zei iedereen om haar heen dat ze echt niet zoveel op haar schouders hoefde te nemen en zag ze dit zelf ook wel in; ze bleef het doen.
Dit is een voorbeeld van hoe sterk een overtuiging je leven kan bepalen.
De overtuiging was dus: ‘Als ik de controle loslaat, blijf ik alleen achter.’ En ook al vond ze deze overtuiging op verstandelijk niveau belachelijk, op gevoelsniveau geloofde ze hem wel en dus handelde ze ernaar. Want handelen doen we voor 90% op ons gevoel.
Je kunt dan natuurlijk proberen iets aan de buitenkant te veranderen. Door bijvoorbeeld streng met jezelf af te spreken dat je de volgende keer echt ‘nee’ gaat zeggen als iemand weer iets van je vraagt. Of je kunt zorgen voor ontspanning in de vorm van saunabezoek of een lekkere massage. Helaas helpen deze vormen van ontspanning maar even en jezelf ‘streng toespreken’ helpt zelfs helemaal niet. Je weet zelf namelijk ook heus wel dat je niet goed bezig bent. Als het je vervolgens niet lukt om je aan je eigen afspraken te houden is de kans groot dat je jezelf nog meer op de kop gaat geven. Zo beland je in een vicieuze cirkel. Het gaat om de gevoelslaag waarop je iets anders gelooft. Deze laag is met je verstand niet te bereiken.
Als mental coach ga ik je naar je eigen gevoel toe begeleiden. De ingang hiervoor is altijd het lichaam. Ik vraag je op gevoelsniveau te onderzoeken welke overtuiging jouw stress bezorgt? Daar zitten ook altijd emoties aan vast. Vervolgens vraag ik je te onderzoeken of deze overtuiging ‘waar’ is? Want je hebt hem dan wel aangenomen, maar is die ook ‘waar’? Ik kan je vast verklappen; iedere overtuiging of gedachte die je angst bezorgt is meestal ‘niet waar’.
Het inzicht op gevoelsniveau dat je overtuiging niet waar is kan ervoor zorgen dat er een wezenlijke verandering optreed. Een omkering die leidt tot ander gedrag naar buiten toe.
Annemieke was teruggegaan naar haar werk als designer binnen een confectiebedrijf met het inzicht: ‘Als ik de controle niet loslaat blijf ik alleen achter’, want een burn-out lag op de loer. En ze vroeg zich af:
‘wat is het ergste dat mij kan overkomen?’
‘Dat ik mijn werk niet af heb. Punt.’ Vervolgens benoemde ze op de eerstvolgende vergadering met haar bazin dat ze bang was dat zij kwaad op haar zou worden als het werk niet af was. Haar bazin was totaal verrast en zei: ‘maar ik ben toch nog nooit kwaad op jou geworden?! En klanten ook niet!’ Annemieke zei: ‘maar ik dacht dus dat dat kwam omdat ik altijd alles af heb.’ Haar bazin benadrukte nogmaals dat ze al veel langer vond dat Annemieke teveel werk op haar schouders nam en dat ze juist heel blij met haar was.
In de dagen erna gebeurde er iets vervelends: voor de kerst moesten klanten beschikken over de modellen en stofsamples voor de nieuwe collectie. Annemieke is hiervoor eindverantwoordelijk en had er keihard aan gewerkt om dit voor elkaar te krijgen. Het was een race tegen de klok geweest maar het was gelukt! Helaas maakte de jongen die de samples moest afleveren een fout en kwamen ze daardoor alsnog te laat aan… Sommige klanten waren boos… Annemieke zei daarover: ‘mij deed het eigenlijk niet zoveel. Ik besefte dat ik hier werkelijk niets aan kon doen.’
Haar grootste angst kwam uit, mensen waren boos op haar, en er gebeurde niet zoveel!
Haar bazin daarentegen was des duivels. Niet op Annemieke maar op de klanten! ‘Ze moesten eens weten hoe hard hieraan gewerkt is!’ zo foeterde ze en nog veel meer…
Annemieke is niet meer bang om tekort te schieten: ‘ik kan nu voelen dat ik niet meer kan doen dan mijn best. Nu geloof ik dat ook. Ik gun mijzelf nu ook de rust om even niet met mijn werk bezig te zijn. Zo heb ik voor de kerst alle mails over de volgende collectie keurig uitgedraaid en op een stapel op mijn bureau gelegd. Tegen mijn collega’s heb ik gezegd; mocht één van jullie deze willen beantwoorden, heel graag. Ik ben op vakantie tot na Oud en Nieuw. Zoiets zou ik vroeger nooit gevraagd hebben! Ik heb nu wel de neiging om mijn mail te checken maar ik heb het nog niet gedaan. En lachend zei ze: ‘Het wordt nog wel wat met mij.’